X

Privacy Statement (GDPR)


Beste bezoeker,

In het kader van GDPR hebben wij een privacy statement gelanceerd waarin wij uitleggen hoe wij omgaan met jouw persoonlijke data. Je kan het privacy statement hier terugvinden.

Uw Pretparken.be-team


Nog geen lid? Maak hier je gratis account aan!

Resultaten 1 tot 5 van de 5

Hybride Weergave

Vorig Bericht Vorig Bericht   Volgend Bericht Volgend Bericht
  1. #1

    Re: [Foto-TR] Miradal - 24 maart en 30 maart 2019

    Zaterdag 30 maart. Een vrije dag, een gunstige weersvoorspelling en nog zo veel te ontdekken in de bossen ten zuiden van Leuven! Dan is de beslissing snel gemaakt. Gewapend met rugzak, fototoestel en grondig ingespoten met een anti-teken-spray van de apotheker kroop ik terug op mijn fiets voor het tweede deel van de tocht.

    Deze keer reed ik langs een andere weg naar mijn bestemming. Het oostelijke deel van Meerdaalbos (met andere woorden, Mollendaalbos) had ik al vrij uitgebreid gezien. Hoog tijd dus om de westelijke helft van Meerdaalbos te verkennen. Ik fiets over een soort veldweg aangehard met twee betonnen stroken, die als het ware symbolisch eindigen bij de plaats waar het bos begint. Al bleek mijn theorie achteraf toch niet helemaal te kloppen, want een eind verder was de weg opnieuw verhard. Toch vond ik het een toepasselijke manier om de bosgrens aan te duiden Rechts van de weg ligt een groot militair domein, dat tot niet zo heel lang geleden het noordwestelijke deel van Meerdaalbos volledig innam. Gelukkig zijn enkele paden in dit gebied nu opengesteld voor het publiek. Vandaag is ook een mooie gelegenheid om de mast op dit domein eens van wat dichterbij te zien. Het witte knipperlicht dat ’s nachts bovenaan deze mast schijnt, kan je zelfs bij ons thuis in Heverlee - ongeveer vijf kilometer verder - nog goed zien aan de horizon.



    Uiteindelijk verlaat ik definitief de verharde wegen en kom ik bij mijn eerste echte halte van de dag: de Dikke Beuk. Niet zo dik als de eik die ik vorige week bezocht, maar nog steeds een boom van zeer respectabele omvang.



    Nog dieper in het bos passer ik langs een grafheuvel, deze keer uit de Gallo-Romeinse periode. In feite gaat het om twee heuvels die met elkaar verbonden zijn door een aarden wal. Het geheel werd vroeger soms Het Fort of Het Schoon Werk genoemd. Eerst fiets ik per ongeluk voorbij deze plek omdat de grafheuvels niet vlak langs de weg liggen. Zelfs het infobord dat erbij hoort, staat midden in het bos opgesteld. Maar niet veel later vind ik ze toch. Ik wandel er helemaal omheen door de begroeiing (hopelijk jaagt die spray alle teken op de vlucht) zodat ik een paar foto’s kan maken. Maar het resultaat daarvan vond ik achteraf toch wat tegenvallen. Dus staan er in dit TR geen foto’s van Het Schoon Werk. Er zijn nog zo veel andere dingen die ik jullie wil tonen.

    Nog verder naar het zuiden - bijna aan de grens met Wallonië - moet nog minstens één grafheuvel liggen. Eerst denk ik dat het gaat om het vreemde bultje waar een soort gracht doorheen snijdt (zie hieronder) maar iets verderop kom ik een wat grotere berg aarde tegen die volgens mij de bedoelde grafheuvel is. Al durf ik dat toch nog steeds niet met zekerheid te zeggen.



    De volgende plek die ik graag wil zien, bevindt zich echt aan de zuidrand van het bos. Ik fiets langs de Nethensebaan die eerst nog een gewone dreef is, maar die steeds smaller wordt om op den duur in een echte holle weg te veranderen. Best wel spectaculair, maar niet erg handig wanneer je andere fietsers en ook ruiters moet kruisen. Even later zie ik in de berm de Muur van Savenel waar ik naar op zoek ben. Deze muur zou ongeveer vier kilometer lang zijn en omsluit een groot stuk grond dat een afzonderlijk domein vormt. Hertog Lodewijk Engelbert van Arenberg heeft er op het einde van de achttiende eeuw nog een soort reservaat voor everzwijnen van gemaakt, zo las ik in het boek over Miradal. Helaas werden deze beestjes allemaal afgemaakt in het jaar 1790 Toch blijft de muur zelf ook vandaag zeker nog een bezoekje waard.



    Ik heb nu bijna de westrand van Meerdaalbos bereikt, maar hou nog even halt bij het Herculessalon. Deze open plek ligt - hoe kan het ook anders - bij de Herculesdreef en maakt deel uit van de reeds vermelde ‘poging tot nut en sier op grote schaal’ die we aan de hertogen van Arenberg te danken hebben. Nog steeds doet het bosbeheer duidelijk moeite om hier een gezellig hoekje van te maken. Een picknicktafel, een lange bank in de vorm van een halve cirkel en enkele houten beelden van Ad Wouters zijn daar het beste bewijs van.



    Na het Herculessalon gezien te hebben fiets ik helemaal naar de westelijke rand van het bos, tot ik bijna in Sint-Joris-Weert ben. Dit dorp hoort bij de gemeente Oud-Heverlee en misschien herkennen jullie de naam wel omdat het één van de treinstations tussen Leuven en Walibi is. Maar aan de rand van dit dorp, vlak bij het bos, ligt de stopplaats waar ik bij het plannen van mijn fietstocht stiekem het meest naar uitkeek. Ook al wordt er in het boek met geen letter over gerept en zal geen enkele toeristische brochure deze plek promoten. Verlaten en overwoekerd, toneel van moord en misdaad, gekend bij de Leuvense Brandweer …. Kortom, het Hellhole van Miradal. Welkom op La Hêtraie.

    La Hêtraie is - of beter gezegd, was - een camping aan de bosrand, met een groot aantal caravans en chalets. Helaas is deze locatie officieel altijd een natuurgebied geweest, en volgens het Agentschap Natuur en Bos zal dat ook altijd zo blijven. De camping stond er dus eigenlijk al sinds zijn begindagen illegaal. De afgelopen jaren heeft men er dan ook alles aan gedaan om deze te ontruimen, en dat is behoorlijk goed gelukt. Vandaag zijn er nog hooguit vijf chalets bewoond, waarschijnlijk zelfs minder. De rest van het terrein is verlaten. Je treft er alleen ruïnes van caravans en chalets aan, de ene na de andere. Sommige zijn roetzwarte puinhopen, want La Hêtraie heeft intussen een stevige reputatie op het vlak van brandstichting. Volgens sommige bronnen heeft het hier de laaste twintig jaar ongeveer vijftig keer gebrand, en bijna altijd was het vuur aangestoken. Men fluistert dat de daders vroegere bewoners zijn, die hun leegstaande chalet in brand steken omdat dit hen financieel beter uitkomt. Maar er werd nog nooit iemand gearresteerd …

    https://www.hln.be/regio/oud-heverle...ping~a1acce46/
    https://www.hln.be/regio/oud-heverle...raie~a95bde0d/

    Bij mijn online zoektocht naar meer informatie kwam ik zelfs een nog dubieuzer verhaal tegen, over de dubbele moord die hier in 1985 gepleegd is. Officieel is deze zaak nooit opgelost geraakt. Maar mogelijk zou er een verband zijn met de Rijkswacht, en zelfs met een paar andere misdaaddossiers die in België nog veel beruchter zijn.

    https://bendevannijvel.com/andere/x-...s/verbanden/2/

    Nu kan je vragen wat mij bezielde om dit Hellhole te willen bezoeken. Dat ging eigenlijk toevallig. Ik werk als postbode in de regio rond Leuven, en ons kantoor doet ook de brievenbedeling in Sint-Joris-Weert. Een paar weken voor mijn fietstocht - ik was de route al aan het plannen - moest ik post insteken bij het handjevol chalets in La Hêtraie die nog bewoond zijn. Ik wist toen al lang dat dit een beruchte ex-camping was en uit nieuwsgierigheid liep ik nog even door het onbewoonde gedeelte. Mijn besluit stond meteen vast: hier moest ik zeker nog eens komen, maar dan buiten de werkuren en met fototoestel. Vandaag was het eindelijk zover!




    Met mijn fiets aan de hand passeer ik langs een bord met een plattegrond van de vroegere camping. De weinige nog bewoonde percelen heb ik vermeden: om de privacy van die mensen te respecteren, om geen ruzie te krijgen en omdat ik eigenlijk alleen geïnteresseerd was in het leegstaande gedeelte, dat verreweg het grootste stuk van de ex-camping inneemt. Overal kom ik ruïnes tegen van chalets en caravans, met gebroken ruiten en kamers die vol rommel liggen. Af en toe zie ik ook één van de afgebrande percelen. Sommige details zijn zelfs bizar: een nagenoeg intacte wasmand midden in een krotwoning, kinderspeelgoed dat op de weg ligt, verkeersborden die tussen het groen verdwijnen. En op heel wat plekken zie je hoe planten alles aan het overwoekeren zijn. La hêtraie is niet zomaar een door mensen verlaten plek … je kan gerust zeggen dat de natuur het hier aan het overnemen is.





    Klinkt dit ons bekend in de oren? Jazeker. Als je het mij vraagt, zou la Hêtraie een prima uitvoering kunnen zijn van wat men in Walibi Holland probeert te bereiken met Wilderness. Hoe dan ook loop ik de hele tijd rond met het idee dat Mascha en haar ploeg eens op studiereis moeten komen. En eerlijk is eerlijk: het spreekt me wel aan. Misschien ligt het aan mezelf, misschien is het een voorliefde voor surrealisme die elke goede Belg hoort te bezitten. De absurditeit van deze plek is zo totaal dat ik meer dan zeventig foto’s heb genomen. Het kostte mij heel wat moeite om een selectie te maken voor dit tripreport. Ze zijn redelijk goed gelukt, al moet ik helaas toegeven dat de algemene sfeer van het gebied voor een belangrijk deel verloren gaat op een foto





    Vreemd genoeg is het helemaal niet eng of onaangenaam om in mijn eentje rond te wandelen over deze beruchte ex-camping. Ik heb me op geen enkel moment onveilig gevoeld. En dankzij het mooie lenteweer bleef er zelfs nog iets over van de gezelligheid die hier vroeger - voor het algemene verval - vast wel aanwezig was. Het is moeilijk uit te leggen, maar La Hêtraie is een fraai stukje surrealisme dat echt de moeite loont om eens gezien te hebben. Als Walibi Holland erin slaagt om in Wilderness een gelijkaardige sfeer te scheppen die ongeveer hetzelfde effect heeft, dan zou ik dit een zeer geslaagde themazone vinden. Al hadden ze de graffiti moeten weglaten. Die is in La Hêtraie immers nergens te vinden, behalve de officiële markering ‘ANB’ op enkele chalets (Agentschap Natuur en Bos)





    Ik laat Wilderness 2.0 achter mij en fiets opnieuw het bos in. Niet veel verder ligt de Hertenbron. De kans is groot dat de kampeerders hier vroeger hun flessen kwamen vullen, want men zegt dat het water van deze bron zuiver genoeg is om het rechtstreeks te drinken. Natuurlijk heb ik dat ter plekke uitgeprobeerd … en het feit dat ik nu nog perfect in staat ben om dit TR te schrijven bewijst de juistheid van die bewering Ik heb er in ieder geval niets raars aan overgehouden.



    Mijn fietsroute voert me verder noordwaarts tot ik bij De Kluis kom. Ook al zijn we nu niet zo ver van het dorp Sint-Joris-Weert, dit gebouw ligt midden in het bos. Op de bijbehorende website wordt het zelfs omschreven als ‘het oudste jeugdverblijf van Vlaanderen’. De scouts gebruiken het domein regelmatig en het is dan ook geen wonder dat ik er op een zonnige zaterdagmiddag niet alleen ben. Zoals je op mijn foto kan zien, liepen er heel wat kinderen rond. Ook Ad Wouters heeft hier één van zijn houten beelden geplaatst. Officieel heet dit exemplaar Baloe, al had ik Moeder met kind ook een passende titel gevonden. In ieder geval is het opnieuw een erg mooi kunstwerk. Bij De Kluis liggen ook twee vijvers. Eén ervan - de Paddenpoel - bezit zelfs een eigen volkslegende. Helaas ben ik vergeten hoe dat verhaal ook alweer ging … maar je kan het teruglezen op de infoborden die hier staan. De tweede vijver heb ik ook gezien en was deels dichtgegroeid met gras.




    Door de Herculesdreef te blijven volgen, passeer ik vanzelf langs een ander beeld van Ad Wouters dat luistert naar de enigszins vulgaire naam De Bosprotter. Bij uitzondering heb ik deze keer ook de achterkant van het beeld gefotografeerd om te bewijzen dat hij inderdaad geen broek draagt Vlak bij de Bosprotter is een flink stuk bos ingericht als een soort speelzone voor kinderen. De kloof onder de hangbrug op mijn foto zou opnieuw de Tiense Groef zijn. Die groef loopt immers kilometers lang doorheen een groot deel van het bos.




    Na mijn passage doorheen het speelbos bezoek ik nog een uitgedroogde vijver en een jachthut die wat dieper in het bos liggen. Maar de foto’s hiervan vind ik uiteindelijk niet speciaal genoeg om ze in dit TR te zetten. Aan de noordelijke rand van het bos hou ik nog even halt bij bivakzone ‘Steenberg’. Dit is één van de twee plaatsen in Miradal waar je legaal kan wildkamperen en de locatie zou op vrij korte tijd redelijk populair geworden zijn. Er staan zelfs een paar basisvoorzieningen zoals een waterpomp - volgens het bordje echter geen drinkbaar water - en het houten hokje op mijn andere foto. Misschien is het in de deur uitgesneden hartje niet zo goed te zien op de foto, maar dit hokje is dus inderdaad wat jullie nu denken dat het is



    Wanneer ik opnieuw de Herculesdreef bereik en naar het noorden fiets, laat ik het Meerdaalwoud definitief achter mij. De bomen langs de rand van de dreef vormen de enige verbinding met het Kouterbos. Voorlopig althans, want mijn vader beweert dat er hier in de buurt jongen bomen zijn aangepland in een poging om beide bossen ooit weer te verenigen. Het Kouterbos is klein en er valt niet veel speciaals te zien, dus hier ben ik gewoon zonder stoppen doorheen gereden tot ik aankwam bij de Onze-Lieve-Vrouw-van-Steenbergenkapel en de Minnebron. Die laatste staat in onze regio bekend als een waterbron waar je zonder problemen van kan drinken (de waterkwaliteit wordt regelmatig gecontroleerd). Buurtbewoners komen er weleens flessen vullen en ook ik heb de bron uiteraard zelf getest toen ik er passeerde. Volgens de legende zou wie van deze bron drinkt binnen het jaar trouwen - vandaar de naam Minnebron. Of het echt werkt, kan ik jullie pas over twaalf maanden vertellen



    Hier vlakbij ligt ook het Zoetwaterpark. Ooit een bekend attractiepark en volgens sommige geruchten zou ‘De Spoetnik’ die hier vroeger gestaan heeft zelfs de allereerste achtbaan van België zijn geweest. Die stelling kan ik helaas niet zwart op wit bewijzen en vandaag blijft er van het pretparkgedeelte eigenlijk niets meer over (het is nu een gewone speeltuin). Toch vormt Zoet Water een bescheiden mijlpaal in mijn persoonlijke pretparkcarrière, want de Luna Loop die hier in de jaren negentig stond was technisch gezien mijn allereerste inversie ooit. Misschien verlaagde deze wel de psychologische drempel voor mijn volwaardige inversieontmaagding in de Python anno 2001. Meer hoef ik jullie niet te vertellen over dit ex-parkje omdat Ignace er vorig jaar al zo’n mooi tripreport over geschreven heeft.

    Niet ver van het Zoetwaterpark ligt nog een klein bosreservaat, ingeklemd tussen de Waversebaan en de spoorweg Leuven-Ottignies. Deze plek heet dan ook Putten van den IJzeren Weg. Omdat het een reservaat is, mag je er officieel niet in. Maar ik negeer voor één keer het verbodsbord om op zoek te gaan naar wat volgens mijn boek de grootste plant in het hele bosgebied zou kunnen zijn: een struweel van Europese Vogelkers dat een oppervlakte van honderden vierkante meter bedekt. Men denkt dat dit één struik is die zich in alle richtingen uitbreidde via afleggers en wortelscheuten. Dat wil ik weleens met eigen ogen zien … maar helaas weet ik niet waar precies ik moet zoeken en heb ik ook geen flauw idee hoe ik Europese Vogelkers kan herkennen. Ik ben niet zo diep in het reservaat geweest, want wandelpaden ontbraken hier volledig (logisch als het verboden terrein is). Maar beneden aan de helling heb ik toch onderstaande foto genomen. Zou dit een onderdeel van die fameuze gigastruik kunnen zijn? Spijtig genoeg zullen we het nooit weten Online informatie erover is zeer schaars en in het reservaat zelf hoef ik natuurlijk ook geen toeristische borden te verwachten. Officieel mag ik hier niet eens een voet zetten. Dus ga ik er maar snel weer vandoor, in de hoop dat ik misschien toch de grootste plant van Miradal heb gezien.



    Ten noorden van Zoet Water begint het Heverleebos. Dit bos is kleiner dan het Meerdaalwoud maar er komen wel meer bezoekers omdat het dichter bij Leuven ligt. Eigenlijk heb ik dit bos een beetje oneer aangedaan door er relatief snel doorheen te rijden. Maar hier ben ik als kind wel een aantal keren geweest terwijl Meerdaalwoud grotendeels onbekend terrein was en me dus meer intrigeerde. Toch zijn er ook in het Heverleebos een aantal interessante dingen te zien.

    Niet zo heel ver van het Zoetwaterpark ligt het Monarkengraf: de bekendste en grootste grafheuvel in het Heverleebos. Waarschijnlijk dateert ook deze uit de prehistorie. De naam ervan is ook al vrij oud en bedacht door mensen die geloofden dat er onder zo’n grote heuvel wel een koning of andere belangrijke persoon begraven moest liggen. Ook vandaag is het Monarkengraf niet moeilijk te vinden omdat men er een klein wegje naartoe heeft gemaakt.



    Meer naar het noordwesten in het bos passeer ik langs een plek die De Linderonde heet. Hier heeft men lang geleden een dubbele cirkel van lindebomen aangeplant, als onderdeel van de hertogelijke poging tot nut en sier op grote schaal. Zelf vind ik de plaats niet zo goed te herkennen als ik had gehoopt. Maar ik heb er toch enkele foto’s van gemaakt.



    Op mijn kaart zie ik twee plekken in Heverleebos die aangeduid staan als ‘vrij toegankelijke zone’. Aan de ligging en de grootte ervan te oordelen zijn dit de twee speelweides waar ik als kind toch een aantal keren ben geweest. Onze lagere school had de gewoonte om elk jaar tijdens de vastenperiode voor Pasen een lange boswandeling te maken voor het goede doel. Wij moesten vooraf bij mensen in onze buurt aanbellen en hen vragen of ze deze Vastenvoettocht per kilometer wilden sponsoren. Tijdens de wandeling zelf ging de middagpauze bijna altijd door op één van die twee speelweides. Ik heb ze allebei teruggevonden. Aan weide nummer 2 heb ik minder goede herinneringen omdat ik die dag onwel werd tijdens het stappen, compleet mottig op school terugkeerde en de eerste helft van de paasvakantie ziek in bed doorbracht Op weide nummer 1 heb ik me gelukkig wel altijd goed geamuseerd.



    Onderweg tussen speelweide 2 en speelweide 1 passeer ik toevallig langs een boom waar een informatiebord bij staat. Het blijkt te gaan om een Amerikaanse eik die nu dienst doet als een soort herdenkingsmonument voor Jef Heselmans, een boswachter die aan het plakkaat te oordelen helaas niet erg oud is geworden. Een mooi idee om die man een eigen boom te geven, al vind ik het wel ironisch dat ze hiervoor een Amerikaanse eik kiezen. Deze boomsoort is uitheems en lijkt vandaag verguisd en verketterd te worden door het moderne bosbeheer (ze proberen hem vaak te kappen of op andere manieren te bestrijden). Persoonlijk geef ik ook de voorkeur aan onze natuur van hier, maar de heksenjacht op exoten vind ik toch wat overdreven. Gelukkig zullen ze dit exemplaar waarschijnlijk wel met rust laten omdat hij een aparte functie heeft.



    De zon begint al ver te zakken en het de schemering zal niet lang meer op zich laten wachten. Ik fiets nog snel even langs het Franciscanenklooster - geen foto omdat het tussen de bomen door amper te zien is - en haast me dan naar de laatste plek die ik absoluut nog wil bezoeken: het Arboretum van Heverleebos. Deze min of meer driehoekige zone ligt net te noorden van de Zessprong, een kruispunt waar zes brede wegen samenkomen en dat volgens mijn vader vroeger één van de weinige echt open plekken in Heverleebos was. Ik neem er snel een foto van en rijd dan het Arboretum binnen. Ook hier staan enkele houden beelden van Ad Wouters, zoals De Neanderthaler op de foto hieronder.



    Omdat een arboretum uiteraard een educatieve functie heeft, kom ik regelmatig informatieborden tegen. De avond begint al te vallen dus veel tijd is er niet meer, maar toch doe ik mijn best om er nog zo veel mogelijk te lezen. Ik fotografeer ook nog de twee andere beelden van Ad Wouters die hier te vinden zijn: Ignatius - een uil - en De dirigent. Ignatius staat vlak bij een groep jonge sparren die mij meteen aan Kerstmis deden denken (ook al is het nu lente).




    Nu wordt het stilaan echt schemerig … maar dat is geen probleem, want mijn grote Miradal-Trip is ten einde. Dit was de laatste halte. Gelukkig hoef ik deze keer niet zo ver naar huis te fietsen (één van de redenen waarom ik van zuid naar noord heb gewerkt). De geheugenkaart van mijn fototoestel zit bijna helemaal vol en ik heb ruim genoeg herinneringen verzameld om er een leuk tripreport over te schrijven. Hopelijk ben ik daar ook echt in geslaagd en vonden jullie deze tekst interessant genoeg om te lezen tot het einde Ik ben blij dat ik de fietstocht gemaakt heb, want in de bossen ten zuiden van Leuven is er meer dan genoeg te zien. Zelfs los daarvan is het gewoon aangenaam om eens in de natuur te zijn. Ik weet niet wanneer ik terugkom, maar ik weet wel honderd procent zeker dat ik nog eens zal terugkomen …

    Bedankt voor het lezen!
    Laatst gewijzigd door Azmidiske; 15-04-19 om 16:19.
    Once you sit back, you never go back.

Forum Rechten

  • Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen
  • Je mag geen reacties plaatsen
  • Je mag geen bijlagen toevoegen
  • Je mag jouw berichten niet wijzigen
  •